• Nieuws
  • Verhalen
  • Voor patiënten
  • Collecteren
  • Contact
Logo Spierfonds
Druk op Enter om te zoeken of ESC om dit scherm te sluiten.
Maak kennis met onze onderzoekers

Maak kennis met onze onderzoekers

Op 1 januari 2020 ging het van start – het grootste en meest ambitieuze onderzoeksprogramma dat het Prinses Beatrix Spierfonds ooit heeft opgezet. Drie vooraanstaande onderzoeksgroepen uit Leiden, Rotterdam en Nijmegen zijn op zoek naar baanbrekende behandelingen voor drie verschillende spierziekten. Alle drie richten ze zich op een vorm van gentherapie. De lat ligt hoog, in vijf jaar tijd moeten de eerste tests met patiënten een feit zijn, een eenmalige behandeling met een levenslang resultaat.

Het klinkt magisch, een eenmalige behandeling met een levenslang resultaat. Hoe hopen deze Nederlandse onderzoeksgroepen dit voor elkaar te krijgen? We spraken met de betrokken onderzoekers over hun ambitie, plan van aanpak, maar vooral over de impact voor mensen met een spierziekte. “Want als het allemaal lukt, zal het een enorme impact hebben”, aldus dr. Pim Pijnappel.

Een schaar voor Duchenne

In Leiden draait het om de ziekte van Duchenne. We spraken met stamcelbioloog prof. dr. Niels Geijsen, moleculair bioloog prof. dr. Annemieke Aartsma-Rus en (kinder)neuroloog dr. Erik Niks.

“De ziekte van Duchenne is een ingrijpende erfelijke spierziekte”, vertelt Erik. “Je ziet die kinderen op hun vierde vrolijk binnen komen lopen. En door de jaren heen zie je dat ze het steeds moeilijker krijgen. Ze krijgen moeite met opstaan, lopen en ademhalen. Ze komen in een rolstoel terecht en raken steeds meer zelfstandigheid kwijt.” Annemieke legt uit hoe dat komt: “Bij de ziekte van Duchenne wordt het eiwit dystrofine niet aangemaakt, omdat er een fout zit in de genetische code, in het DNA. Daardoor worden er kopieën gemaakt van het dystrofine-gen die onleesbaar zijn.”

Knippen in het DNA

“In het onderzoek dat we nu doen, willen we het probleem aanpakken bij de bron en het DNA corrigeren, zodat er leesbare kopieën worden gemaakt”, vervolgt Annemieke. “Dan hoef je het maar één keer te doen.” Hiervoor maken de onderzoekers gebruik van een veelbelovende techniek: CRISPR-Cas. “Dit is een soort moleculaire schaar”, legt Niels uit. Simpel gezegd gaat CRISPR-Cas de cel in en knipt het op twee plekjes, zodat er een stuk DNA wordt verwijderd. CRISPR-Cas verdwijnt daarna al heel snel uit de cel. “En dat is ook wel fijn,” legt Niels uit, “want uiteindelijk is het een schaar en die kan ook wel eens op de verkeerde plek knippen. Het stukje DNA dat eruit valt, dat wordt door de cel herkend als rondzwevend afval en ook heel snel opgeruimd. Dat is precies wat je wil. Wat overblijft is een gen dat weer leesbaar is. Het maakt dan een eiwit dat kleiner is, maar wel werkt.”

Onderzoeker Niels Geijsen doet met steun van het Spierfonds wetenschappelijk onderzoek naar spierziekten.
Niels Geijsen
Onderzoeker Annemieke Aartsma-Rus doet met steun van het Spierfonds wetenschappelijk onderzoek naar spierziekten.
Annemieke Aartsma-Rus
Onderzoeker Erik Niks doet met steun van het Spierfonds wetenschappelijk onderzoek naar spierziekten.
Erik Niks
“Als deze techniek een succes wordt voor mensen met Duchenne, dan is het zeker ook heel interessant voor mensen met andere spierziekten.” – Erik Niks

Hogere kwaliteit van leven

“Je kan met onze methode alleen lokaal behandelen, spier voor spier”, vertelt Erik. “Het doel van ons werk is om te zorgen dat we bepaalde essentiële spieren voor patiënten kunnen behouden. We beginnen bij de biceps, in de bovenarm, omdat de arm voor patiënten heel belangrijk is. Op het moment dat je je armen niet meer kunt gebruiken, gaat de kwaliteit van leven rap achteruit. Je kan jezelf niet meer krabben als je jeuk hebt, je kan niet zelf eten of drinken, je kan je telefoon, je computer, je rolstoel niet meer bedienen. Het is voor de zelfstandigheid een groot ding.”

Toekomst

Wat hopen de onderzoekers te bereiken voor mensen met Duchenne? Niels zegt: “Mijn punt op de horizon is in eerste instantie om dit de kliniek in te krijgen. Het zou heel erg mooi zijn als we daar kunnen komen.” Annemieke vervolgt: “Hoe eerder in het leven je in kan grijpen, hoe beter. Want dan heeft de patiënt nog meer spiermassa en spierfunctie.” Niels onderschrijft dat. “Het uiteindelijke doel is zeker om kinderen met Duchenne zo jong mogelijk te gaan behandelen. Het liefst in meerdere spiergroepen, om de kwaliteit van leven voor patiënten enorm te verbeteren. En dat zou met deze technologie, als het allemaal werkt, in principe mogelijk moeten zijn.”

Een virus voor Pompe

In het Erasmus MC in Rotterdam staat de ziekte van Pompe centraal. We spraken met dr. Pim Pijnappel en prof. dr. Ans van der Ploeg. Ans van der Ploeg is hoogleraar kindergeneeskunde, gespecialiseerd in stofwisselingsziekten, en stond aan de wieg van Myozyme, het huidige medicijn tegen de ziekte van Pompe.

Ans legt uit wat de ziekte van Pompe teweegbrengt: “Het is een erfelijke spierziekte waarbij je lichaam te weinig alfaglucosidase aanmaakt. Dat eiwit heb je nodig om suikers in je cellen af te breken. Vooral in de spiercellen gaat het mis. Doordat de suikers niet worden afgebroken, stapelen ze zich daar op en barsten de spiercellen uiteindelijk open. Je spieren gaan dus letterlijk kapot.”

Pim Pijnappel
Onderzoeker Ans van der Ploeg doet met steun van het Spierfonds wetenschappelijk onderzoek naar spierziekten.
Ans van der Ploeg
“Je moet wel een beetje gek zijn om dit te doen, want je moet er echt volledig voor gaan. Je werk moet eigenlijk je hobby zijn. Puur vanuit een drang om die nieuwe behandeling te vinden en mensen daarmee te helpen.” – Pim Pijnappel

“Kindjes die ziek worden geboren, gaan heel snel achteruit. Ze hebben steeds minder spierkracht, waardoor ze niet kunnen omrollen, zitten of staan. Ook hun hart en ademhalingsspieren worden aangetast. Als je niets doet, overlijdt zo’n kindje binnen een jaar. De ziekte van Pompe komt ook voor bij oudere kinderen en volwassenen. Zij maken zelf nog wel wat van het eiwit aan dat suikers af kan breken, daardoor gaan ze langzamer achteruit.”

Plan van aanpak

Wat zijn de Rotterdamse onderzoekers van plan? “We halen stamcellen uit het beenmerg,” legt Pim uit, “en ook in die stamcellen zit een fout in het DNA. Er mist een stukje. Dat zetten wij erin met behulp van een virus waar je niet ziek van wordt. Dat virus werkt zich met het ontbrekende gen naar binnen, waardoor we dat in kunnen bouwen in het DNA. Dan heb je dus gezonde stamcellen, die het eiwit aanmaken dat nodig is om suikers af te breken. En die gecorrigeerde, gezonde stamcellen zetten we terug in het beenmerg.”

Eenmalige behandeling

Ans: “Natuurlijk is het mooi dat er op dit moment al een middel is waarmee we levens kunnen redden, maar het kan nog veel beter. En dat is waar we nu naar op zoek zijn: een eenmalige behandeling die alle spieren en organen in het lichaam bereikt. Met een levenslang effect. Een enorme uitdaging, maar het is wel wat we hopen voor elkaar te krijgen. Dit onderzoeksprogramma komt precies op het juiste moment. We waren al een paar mijlpalen gepasseerd en nu is het zaak om door te gaan. Om te kijken of we de ziekte van Pompe in het menselijk lichaam een halt toe kunnen roepen. Dat is het ultieme doel.”

Eigen cellen voor MD

In het Radboudumc in Nijmegen wordt hard gewerkt voor mensen met myotone dystrofie (MD). Drie bevlogen wetenschappers leiden daar het onderzoek naar gentherapie voor deze ziekte; geneticus prof. dr. Hans van Bokhoven, celbioloog dr. Rick Wansink en neuroloog prof. dr. Baziel van Engelen. In het kader van het onderzoek naar gentherapie hebben ze met veel plezier hun krachten gebundeld.

Impact myotone dystrofie

MD wordt veroorzaakt door een genetische fout, die ervoor zorgt dat een bepaald stukje erfelijke informatie eindeloos wordt gekopieerd. De lange reeks die dan ontstaat zorgt ervoor dat er allerlei processen in het lichaam misgaan, waardoor mensen ziek worden. Baziel legt uit: “Bij baby’s die met MD geboren worden, zie je dat de spieren niet genoeg zijn ontwikkeld, waardoor ze al snel ernstige problemen krijgen. Maar er is ook een volwassen vorm van MD, waarbij de afbraak op latere leeftijd begint. Eigenlijk ben je op je veertigste ongeveer een zeventigjarige. Het is alomvattend, de ziekte tast ook je persoonlijkheid aan. Hoe ondernemend, charmant en verbaal sterk je ook was, je ziet dat allemaal wegtrekken. Als ik deze diagnose moet stellen, weet ik gewoon dat hele gezinnen hiermee een zwaar leven tegemoet gaan. Het is echt heel dringend nodig dat we iets voor deze mensen doen.”

Onderzoeker Hans van Bokhoven doet met steun van het Spierfonds wetenschappelijk onderzoek naar spierziekten.
Hans van Bokhoven
Onderzoeker Rick Wansink doet met steun van het Spierfonds wetenschappelijk onderzoek naar spierziekten.
Rick Wansink
Onderzoeker Baziel van Engelen doet met steun van het Spierfonds wetenschappelijk onderzoek naar spierziekten.
Baziel van Engelen
“Nu het in losse cellen is gelukt, heb ik er wel vertrouwen in dat het bij een mens ook kan.” – Rick Wansink

“Mensen met MD zijn zich er heel sterk van bewust dat het met elke generatie erger wordt”, vertelt Rick. “Dat is gewoon voelbaar als je patiënten en families spreekt. Misschien is dat ook waarom de meeste patiënten mee willen doen aan onderzoek. Ik heb wel eens met een vrouw gesproken die met haar dochter en kleindochter aan tafel zat en die zei: ‘Ik begrijp best dat het voor mij te laat komt en voor mijn dochter waarschijnlijk ook. Maar misschien kan dit onderzoek mijn kleindochter helpen. Dus ik doe mee.’”

Over de techniek

Rick: “Een van de dingen die we zeker weten, is dat je van die genetische fout af wilt. Bij MD is dat een stukje genetische informatie dat zich blijft herhalen en zo een hele reeks vormt. Hij blijft een leven lang groeien, daardoor worden de klachten ook steeds erger. En die reeks wordt ook met elke generatie langer, daardoor worden kinderen en kleinkinderen steeds zieker.”

Hans legt uit wat het plan is: “Uiteindelijk willen we stamcellen nemen uit de spier van een patiënt. Dan halen we met CRISPR-Cas – het moleculaire schaartje – de genetische fout eruit. Als dat gelukt is, zorgen we dat die gecorrigeerde cellen zich gaan delen. Zodra we er genoeg hebben, geven we ze terug aan de patiënt. Het idee is dus dat we met de eigen cellen van de patiënt het spierweefsel kunnen herstellen.”

Wat gaat deze mogelijke gentherapie voor MD nou veranderen, als het allemaal lukt? “Uiteindelijk hopen we natuurlijk de kwaliteit van leven te kunnen verhogen”, antwoordt Hans. “Waar mensen met MD nu mee geconfronteerd worden is die onafwendbare achteruitgang en dat is natuurlijk een triest en hopeloos perspectief. Als wij nu een behandeling kunnen ontwikkelen waarmee we in ieder geval die verslechtering een halt kunnen toeroepen, dan denk ik dat dat al enorme winst oplevert.”

“Wij zijn laaiend enthousiast. Het geld gaat naar 3 projecten waarbij er een reële kans is om een therapie te vinden. Het zou fantastisch zijn als wij dat kunnen verwezenlijken met zijn allen!” – Hans van Bokhoven

Help mee!

De drie onderzoeksgroepen zijn in 2020 vol overgave gestart met hun onderzoek. De komende jaren zullen zij keihard werken om hun droom te verwezenlijken: gentherapie bij de patiënt krijgen. En met de kennis die op wordt gedaan voor deze spierziekten, kunnen straks ook stappen worden gezet voor andere spierziekten. Maar om dit te kunnen volbrengen is ontzettend veel geld nodig. Zo’n vijf miljoen euro om precies te zijn. En dat kunnen we alleen bijeen brengen met jouw hulp!